Solo van België naar Australië op een BMW R1100 GS motorfiets.

Vierde verslag - 2 t/m 16 juni 1998...

Menno en Miriam

Vanaf de Adriatische kust in Kroatië naar ... Nederland! Want, ik vond dat de bruiloft van één van mijn beste maatjes niet onbezocht kon blijven. Ik was toch al In noordelijke richting aan het rijden, en wilde de tussenstop in Zwitserland maken die eigenlijk op de heenweg al was geplanned.

Ik was al om half elf in Rijeka om mijn geld van de reservering voor de boot van Split naar Rijeka terug te halen. Dat werd geweigerd - 41 Runa minder te besteden...

Onvoorbereid op reis gaan bevalt me uitstekend - geen kopzorgen over waar ik nu weer naar toe zal gaan. En dus, zonder me af te vragen hoe ver het eigenlijk was, besloten een dorpje in de buurt van Bern, Zwitserland te bereiken. Dat dorpje heet Farnern, en is de plek waar Jory woont. Jory heb ik leren kennen via Lydi, ze groeiden op tesamen. Jory en ik kunnen goed met elkaar overweg en vandaar een bezoek hoewel Lydi niet langer de verbindende factor is. Maar: de weg is lang.....

Het begint met Rijeka - Oostenrijk. Dat gaat via Slovenië, en dus via grens overgangen. Niet dat die een probleem vormen, maar telkens heb je ander geld nodig, ook als je dacht geen geld uit te geven. De tolwegen vergen dan toch een wisseltruuk, en die kost tijd. Eerst dus al gestopt in Rijeka om m'n geld terug te halen, toen gestopt omdat bijna voor m'n neus een vrachtwagen kantelde (de chauffeur klom er net uit, de wielen draaiden nog), toen een grensovergang (geen bijzonderheden) toen lunchen. Kortom - het eerste deel van de reis duurde lang en ik ontwikkelde geen snelheid.

Oostenrijkers zijn een beetje apart volk als het gaat om verkeer. Het was juist in Salzburg waar ik het verkeer dat ik passeerde in toom moest houden met laarzen die van stalen neuzen zijn voorzien. En het was een Oostenrijker in Slovenië die mij wilde leren dat Audi bezitters en motorrijders keurig op hun beurt moeten wachten, terwijl ik dacht dat motorrijders overal langs mogen rijden...

Ik was in dicht verkeer geraakt dat ik passeerde, veelal nadat de automobilisten uiterst rechts gaan rijden om ruimte te maken voor mij, motorrijder. Deze Oostenrijker stuurde echter naar links toen ik aanstalten maakte. Ik in de ankers dus, en wachten op de volgende bocht... Want daar ging ik er voorbij, de auto geen andere keuze gevend. Daar dacht ie (en misschien wel het hele gezin dat in de auto zat) dat het handiger was tegen mij aan te rijden. Mijn achterwiel maakte een slinger, ik gaf gas. Ik heb de deuk ik zijn spatscherm niet bekeken, dat zou alleen maar meer oponthoud zijn. En mijn koffers zijn door mijn koffer-tegen-de-muur parkeertechniek toch al niet helemaal gaaf meer...

Vlug dus naar de Oostenrijkse grens. Vandaar onder de Alpen langs naar Italië (over de Alpen zou ik terechtkomen in het weer waar de Noord-Europeanen kennelijk zo verzot op zijn - regen). De mooie passen van de Dolomieten mijdend de transit route gebruikt en de Brennerpas overgestoken. Hoe komt het toch dat een liedje dat helemaal niet leuk is mij door het hoofd speelt? ("Met de vlam in de pijp scheur ik door de Brennerpas" - Henk Wijngaarden) Vandaar naar Liechtenstein en door naar Zürich en Bern. Maar lang!! Dertien en een half uur sturen, met alleen tankpauzes, uiteindelijk toch een pijnlijk zitvlak gekregen. Maar de ontvangst bij Jory was allerhartelijkst.

Uiteindelijk donderdagavond in Lierneux aangekomen, niks uitgepakt, alleen een kostuum en m'n smoking opgezocht. De volgende dag alweer om 7:00 uur op reis, dit keer in een MG. Het lukte me niet altijd het zwaaien naar motorrijders te onderdrukken. In Amsterdam bijna een keer naar de voorkant van de rij voor een stoplicht gereden. Boven verwachting vroeg aangekomen, dus maar eens op zoek naar een audicien die al weet wat een gehoorbeschermer is, zonder dat ik dat eerst helemaal moet beschrijven. Ik heb er één gevonden aan de Amstelveenseweg (of was dat -dijk?). Die wilde geen beschermers aanmeten, omdat de oorproppen restjes achter hadden gelaten in mijn gehoorgang. En dus eerst naar een arts op zoek.

"Bent u patiënt hier?" - Nee. "Heeft u een afspraak?" - Ook niet. "Wat wilt u?" - het hele verhaal verteld - de assistente heeft de arts uit zijn gesprek met een ingeschreven, van afspraak voorziene patiënt gehaald. Want onderweg naar een bruiloft als onderdeel van een wereldreis de oren laten reinigen voor beschermers heeft topprioriteit. Het verhaal werkt werkelijk overal - vandáár dat reizen zo prettig is.

De audicien was verbaasd me zo snel terug te zien. Tijd om het hele verhaal nog een keer te vertellen, want de levertijd is zo'n drie weken. De afdrukken zijn diezelfde vrijdag naar het laboratorium verstuurd. Dat zou de beschermers maken, en de opsturen naar een door mij opgegeven (buitenlands) adres. Poste Restante Brindisi, Athene - alle mogelijkheden en tijdfaseringen hebben we beschouwd. Totdat de audicien (Dhr. Hein - ik kan 'm aanraden) bedacht dat de beschermers misschien wel in één dag klaar konden zijn. Waar ik dinsdag ben? Ergens in de Alpen, denk ik. "Weet je het adres?" Nee, natuurlijk niet. Maar ik zou Jory nogmaals kunnen bezoeken. Haar gebeld en haar adres opgegeven.

Menno en Miriam waren natuurlijk blij verrast met mijn komst. Pim, de ceremoniemeester, had kennelijk toch al iets aangevoeld (of gehoord) want hij stuurde me een e-mailtje met de vraag of ik erbij zou zijn. Miriam zag er erg mooi uit in haar trouwjurk met hoedje en Menno had haar daadwerkelijk nog niet gezien in trouwgewaad. In een open, Amerikaanse auto (een Parisienne) ging het van zijn huis naar het gemeentehuis van Baarn. Op de vraag: "Toen je Miriam bovenop het Empire State Building ten huwelijk vroeg, was je zeker wel zenuwachtig, hé?" kwam als antwoord: "Ja, door de hoogte!"

Daarna zijn we naar een kerk in Soest geweest. De dominee vond ik gelijk al een druiloor, louter vanwege zijn uiterlijk en afgepaste beweginkjes. En toen meldde hij ook nog dat hij zijn papieren was vergeten. Gelukkig kon hij zich de plot van de twee verhaaltjes die als metaforen werden gebruikt nog wel herinneren (gingen over wijn, water en de combinatie ervan). De dienst raffelde hij af zonder een spoor van improvisatie talent. Op de preek na, dan. Want die rolde er zó uit, ogen dicht, handen gevouwen. Nu ben ik geen kerkganger en krijg ik altijd de kriebels van mensen voor een altaar staan die gaan vertellen wat goed en slecht is. Ik hoop dat Menno en Miriam iets meer kunnen met de stichtelijke woorden die immers vooral voor hen bestemd waren.

Vervolgens ging iedereen terug naar Amsterdam, om aldaar al etend een rondje te varen, en aansluitend feest te vieren op dezelfde boot. Nou ken ik de feestjes van Menno en Miriam - ik heb van de pauze gebruik gemaakt om een hotel uit te kiezen. Het eten op de boot was voortreffelijk! Zelfs Menno had niet gedacht dat een FireBlade zo lekker kon smaken, vertelde hij me. De gasten waren talrijk - het werd een goed feest. Na afloop namen Menno en Miriam afscheid van iedereen, ook van mij. Het werd een emotioneel moment - na een jaar lang een zeer intensief contact en de oprichting van een succesvol bedrijf was het moment gekomen om afscheid te nemen. Deze keer geen terugkomst voor wat dan ook.

Achter het Centraal Station in Amsterdam trof ik de achterdeur gesloten en dus moest ik nog immer uitgedost in smoking om het station heenlopen. Ik werd aangesproken door iemand met een gevuld bierglas in zijn hand die mij vroeg welke de kortste weg was: links- of rechtsom. Ik meldde dat ik geen idee had, maar het zelf linksom zou proberen. "Dan loop ik even mee" zei de man, terwijl hij het gevulde bierglas in zijn borstzakje stak om een sigaret aan te kunnen steken. Hij heette Martijn, student medicijnen, Corps-lid (en dus ervaren met bier, bierglazen hanteren en bier innemen) en was op weg naar een café waar de rest van zijn club zou zitten. "Dan loop ik even mee" zei ik en dat leek Martijn wel gezellig. Ik kwam terecht in zo'n tent waar het goudgele vocht twee kwartjes voordeliger is dan elders en die helemaal vol was met Corps leden. Dertigjarige studenten, die "al" gevorderd waren tot hun vierde jaar, brallerige types met te dure kleding en vooral veel niet-nuchtere figuren. Ik heb er dus nog maar een glas op de afloop van de bruiloft gedronken. Het (dronkemans)gesprek ging over ... de te maken keuzes inzake het krijgen van kinderen.

De volgende dag (een zaterdag) JC en Sandra in Driebergen bezocht - erg leuk om elkaar weer ietwat onverwacht terug te zien (ietwat, doordat mijn ouders uit de school hadden geklapt toen JC en Sandra de week ervoor in mijn huis logeerden). De eerste dagen van de reis is er veel mis gegaan - gehoorbeschermers kwijt, de lader van de telefoon kapot en de tandenborstel defect. In Driebergen een winkel gevonden die Braun tandenborstels had, maar geen oude modellen. Dus een nieuwe gekocht, en die de volgende dag gesloopt om 'm om te bouwen. Tevens de eerste belichte filmrolletjes weggebracht en voldoende APS film ingekocht zodat ik tot Singapore onder de pannen ben.

Voor de technici: Zo'n tandenborstel heeft een transformator waarvan één helft onderin het handvat zit, en de andere helft zit in de lader die 220 volt voeding heeft. Als je de spoel uit het handvat haalt, dan kun je met ongeveer 6 volt DC het ding ook opladen. Dat is te zeggen: dat bleek te werken met de oudere modellen, die met de grote batterij. Maar met de nieuwe kan het dus ook, hoewel één onderdeel erg heet wordt (ik denk, dat het de gelijkrichter is). Daarna heb ik een connectortje in het handvat gelijmd en klaar was Kees (ik had al een 12 naar 6 volt DC/DC convertor in mijn motor ingebouwd).

Een andere belangrijke reden om totaal 30 uur te rijden (van Sarajevo naar Amsterdam) was om Klaas te bezoeken - ik wilde graag zien hoe hij zich erdoor had geslagen. Een sleutelbeen is volgens Nederlandse geneesheren slecht met platen en schroeven aan elkaar te zetten, want juist in een sleutelbeen schijnt dat materiaal onmiddelijk aanleiding te geven tot ontstekingen, die een tweede operatie vaak noodzakelijk maken. En dus moet je in Nederland je arm gewoon stil houden en zou het been vanzelf aan elkaar groeien. (Welke Grand Prix motorrijder brak vorig jaar een sleutelbeen tijdens de training maar heeft de wedstrijd de volgende dag gewoon meegereden?)

Intussen is Klaas in de Aap gelogeerd - met één lamme arm (lees: immobiele arm) worden een hoop dingen onmogelijk of erg lastig. Dat begint al met aan- en uitkleden, maar omvat ook autorijden. Arme Yvonne heeft een dagtaak om Klaas (en de kinderen) naar z'n werk (en scholen) te rijden. Maar mentaal gaat het goed met Klaas en familie en da's het belangrijkst. Zelfs de flauwe grappen van niet-motorrijders over zijwieltjes enzovoort waren al wat minder. Voorlopig heeft ie z'n positieve instelling nog zo'n 4 weken extra nodig... want zolang gaat het zeker nog duren. De laatste röntgenfotos toonden een sleutelbeen dat nog steeds uit drie stukken bestaat.

Van Klaas naar mijn huis in België is ongeveer tweëneenhalf uur rijden. Ik was van plan om niet al te laat te vertrekken maar ik had moeite te weg te komen, zoals dat vaker gebeurt bij Klaas en Yvonne. En dus zat ik er nog toen het bezoek zich aandiende: Niek en Anja. Opnieuw verraste gezichten over mijn verschijning (hoewel..). Naar bleek, had Niek de vertaling van deze reisverslagen naar het Engels op zich genomen, speciaal voor mijn vriendin Carolyn. Ik heb Niek gevraagd of ie dat wilde blijven doen (ondanks het feit dat het heel veel werk is) en of ie de vertalingen wilde versturen naar de Engelstalige lijst. Niek is nu de officiële vertaler! Da's mooi, want ik krijg al moeite tijd te vinden om het Nederlandse verhaal te schrijven. Lang leve Niek! To top it off: hij heeft de zaak ook op het Internet gezet: http://www.dupaco.nl/avndagboek voor de Nederlandse versie, en http://www.dupaco.nl/avnjournal voor de Engelse versie.

De zondag besteed aan het uit elkaar halen van de defecte telefoonlader (zó heet geworden dat de solderingen van spoelen en diodes zijn gesmolten en losgeraakt) en het ombouwen van de zo geliefde electrische tandenborstel. (OK, ik heb ook een tijdje helemaal niets gedaan.)

Maandagochtend mijn wel erg smerige motor naar Bastogne gebracht voor een grote onderhoudsbeurt. Slecht nieuws: het zou niet in één dag lukken en dus kon ik dinsdag niet weg. Vanuit mijn huis wat financiële zaken geregeld, een nieuwe betaalkaart opgehaald, me dood geërgerd aan de GSM telefoon van mijn ouders die slecht werkte op een strand in Spanje (mijn vader bleek als gemachtigde de PIN code van mijn kaart te hebben en ik de zijne. Mijn oude kaart en PIN code waren reeds geblokkerd...)

Mijn motor was er, schoongemaakt, voorzien van nieuwe olie, banden, bougies, filters en afstellingen, helemaal klaar voor. Wat een prettige afwisseling is een BMW dealer die niet arrogant is, gratis een leenmotor meegeeft en ook nog je fiets schoonmaakt! Dinsdag alle bagage er weer opgeknoopt, nadat ik er zelf nog een keer de tank vanaf had gehaald om de nummers van de nieuwe betaalpassen en wat andere fotocopieën van documenten op te bergen in het geheime plekje boven de accu.

Woensdagochtend vroeg vertrokken naar Zwitserland, andermaal naar Jory. Daar in de late namiddag aangekomen, door een aantal plensbuien heen (benzine voltanken combineren met laarzen leeggieten dus).

Heel af toe komt het voor, dat een motorband een slag in het wiel veroorzaakt, hoewel de band correct gebalanceerd is. Je voelt het al: tussen 100 en 150 kilometer per uur slingerde mijn stuur. Vooral in de regen geeft dat verminderd wegcontact - erg onprettig dus. Jory wist een goede motordealer - Grogg. Wij daar naar toe. Robert Grogg is wereldkampioen zijspanmotorcross! En òf ie Benny Jansen en Frans Geurts van Kessel kende! (Die zijn ook wereldkampioen zijspanmotorcross, maar proberen het nu in de wegrace met dat nieuwe motorblok van Egbert Streuer. Sub-sub sponsoring: ikzelf...) En de gebroeders Lejeune uit Bastogne, België (die naam staat als 'mijn' BMW dealer onder mijn nummerbord) kende hij ook (als wereldkampioen solo motorcross - ik vergeet telkens wie van de twee, ik geloof dat het Eric Lejeune is). Het ijs was onmiddelijk gebroken, en ik kom telkens bij wereldkampioenen uit voor motoronderhoud.

Grogg kende het probleem - niet oplosbaar, wel verplaatsbaar. Door de band een halve slag te draaien en opnieuw te balanceren is het probleem verplaatst naar 20 tot 60 kilometer per uur. Nog steeds niet fijn, want het wordt erger als je de band door te remmen belast en in berg-pas afdalingen doe je niet anders. Inmiddels heb ik meer dan 1000 kilometer gereden, de kans op vergoeding of vervanging is klein... Ik zie wel - als ik het helemaal zat ben koop ik een nieuwe. Grogg wilde beslist niet betaald worden voor zijn werk. Wel wilde hij het hele wereldreisverhaal horen....

Het slechte weer zou zo blijven, en ook de gehoorbeschermers hadden er kennelijk last van, want die kwamen pas vrijdagochtend aan. Maar Jory, haar kinderen en ik hebben ons uitstekend vermaakt terwijl de regen met bakken uit de lucht bleef vallen. Zaterdag vertrokken richting Noord-Italië. Dat was een mooie dag, geen regen, maar wel erg koud. 's Nachts had het boven 1600 meter gesneewd! Het leek wel winter, daar bovenop die bergen. Ik heb slechts secundaire wegen gereden, dwars door Zwitserland (mooi land is dat) en neergestreken aan het Como-meer.

Ik had het nog steeds koud toen ik zondagochtend wakker werd. Mijn spieren waren ook behoorlijk stijf en ik voelde me niet best. Ik dacht, dat ik misschien wat raar in bed had gelegen en ben toch op weg gegaan.

Sneeuw op bergpas

Op de Passo della Stelvio (van 2400 meter hoog) maar weer eens een verkeersovertreding begaan: alle borden in de aanlooproute gaven aan dat de pas open was, maar boven stond een bord 'gesloten voor alle verkeer' met als onderbord 'lawinegevaar'. Dat kwam door de versgevallen sneeuw, gecombineerd met het feit dat op zondagochtend de behoorlijk Katholieke Italianen geen sneeuw ruimen. Een tijdje staan praten met een Oostenrijker, die zojuist omhoog was komen rijden. Het kon dus wel - ik dus naar beneden, hoewel ik niet zo'n held ben in de sneeuw. En mijn knipperlichtje was ook net weer vervangen door een nieuwe..

Motorrijders helpen elkaar - ze stonden me al op te wachten - met de hulp van vijf anderen zes motorfietsen door de vrachten sneeuw gesleept die op de weg waren gevallen door middel van mini-lawines. Het stomste is wel, dat ik ben vergeten een foto te maken van deze unieke verse-sneeuw situatie in juni (te druk met brommers en de sneeuw, denk ik).

Ik bleef het koud hebben, zelfs in m'n isolatiepak en ondanks alle inspanning. En naast de hoofdpijn kreeg ik keelpijn. Ik had dus weer eens een keelontsteking opgelopen. Om ongeveer twee uur een hotel opgezocht - om half drie sliep ik als een roos.

Die avond wat eten door m'n keel gewurgd (als je niet eet word je nog veel slapper) en verder geslapen tot de ochtend. De weersverwachting voorspelde regen in de middag, en ik heb het inderdaad twee van de vier Dolomieten passen droog gehouden. Het was alweer erg koud bovenop de passen (8 graden) en toen het ook nog ging regenen was de lol er snel af. Dus naar Venetië getogen, en vandaar naar Ravenna. Mijn keel is nog steeds pijnlijk, maar 't wordt beter.

Ik ben op een camping, geheten Adriano, in een plaatsje Lido Adriano, aan de Adriatische kust in Italië. Ik, Adriaan, kon zovele gelijkenissen met mijn naam niet weerstaan. Vandaag ingeruimd om de keelontsteking te boven te komen, e-mail te beantwoorden en dit verslag te schrijven.

Erik bleek een voice-mail achtergelaten te hebben: twee weken geen e-mail, of ik nog in leven was? En wat dan te doen met de fles whisky die hij krachtens een weddenschap persoonlijk komt afleveren in Australië? Dus snel een keep-alive packet (techneuten woordspeling voor levensteken) per e-mail verstuurd. Bij het versturen bleek dat er al anderen waren geweest die e-mail met soortgelijke bezorgde geluiden hadden gestuurd. Sorry! Ik zal beter op mijn tijd letten en de twee weken termijn beter in de gaten houden. Maar ik vermaak me zo goed dat ik het besef van tijd een beetje verlies. Soms kijk ik dit computertje erop na om uit te vinden welke weekdag het is. Het is overigens wel een goed gevoel te weten dat zovelen zó meeleven!

Ik wil dit verslag besluiten met een paar woorden over Kosovo. In een privé mailtje van een 4-tal dagen geleden schreef ik al: "Ik wind me erg op over het tempo waarin militaire plannen worden gemaakt om in te grijpen in Kosovo. We verdoen wéér onze tijd, terwijl ze elkaar uitmoorden, zoals in Bosnië. Men zegt nu dat het een andere oorlog is dan Bosnië, maar intussen doen we weer niks. En maar praten over sancties tegen Servië. En Milosovic maar lachen, want met de Russen voorop lukt het hem weer de partijen uiteen te spelen."

Vandaag (16 juni) is Slobodan Milosovic naar Boris Jeltsin geweest, zo meldt de wereldomroep, en de uitgegeven verklaring doet mijn ergenis omslaan in woede. Het gaat inderdaad weer gebeuren! Servië zegt de contactgroep tegemoet te komen, te onderhandelen, waarnemers toe te laten (weet je nog, Sebrenica - kun je lekker als gijzelaar gebruiken) en doet iets, maar net niet genoeg: Servië trekt geen speciale politie terug. Vrienden Boris en Slobodan hebben het al weer voor elkaar: de veiligheidsraad zal onder dreiging van een Russisch veto wel niet meer met een resolutie komen. Intussen duiken de verhalen over concentratie kampen ook weer op. NAVO: doe iets! NU!!

Zo. Dat moest er ook nog even uit.

Arrivederci!

Adriaan